Stamoudvader van Yvon Rozijn
Naam: | Nannisz | ||||||||||||||||||||||||
Voornamen: | Jasper | ||||||||||||||||||||||||
Vader: | onbekend | ||||||||||||||||||||||||
Moeder: | onbekend | ||||||||||||||||||||||||
Partner: | onbekend | ||||||||||||||||||||||||
Beroep: | Meelmolenaar | ||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen: | De eerste meelmolenaar van Koedijk, vermeld in het kohier van de tiende penning in 1558 in Koedijk met een onbelast huis [12] Mogelijk is Jasper Nannis een zoon van Nanne Claesz die mogelijk een broer is van Jasbrant Claesz, beiden vermeld in het kohier van de tiende penning van 1543 van Koedijk. [12] Op 30 augustus 1570 wordt door de Grafelijkheid toestemming verleend aan schepenen en regeerders van het dorp Koedijk, waarvan de inwoners meest pachters van vroonlanden van de Grafelijkheid zijn, geen korenmolen hebben en hun koren moeten malen te Bergen, Schoorl of Alkmaar, voor het oprichten van een windkorenmolen, mits zij daarvoor jaarlijks een recognitie van 25 stuivers betalen, met conditie dat zij voor hun mulder het recht zullen nemen dat minder dan op de omliggende molens betaald wordt. [12] In 1584 verklaren schout en schepenen van Koedijk een kopie van een „compactbrief” gelezen en gehoord te hebben waarin de aanbesteding in 1569 van de bouw van de meelmolen wordt beschreven, met o.a. de voorwaarden waaronder gemalen zal worden, waarvan het origineel tijdens de Troebelen verloren is gegaan. Er volgt een beschrijving van de inhoud die bevestigd wordt door getuigen die er destijds zelf bij geweest waren. [12] Dat Jasper Nannisz de eerste meelmolenaar van Koedijk was is af te leiden uit onder meer het volgende. Op 31 mei 1642 verkopen te Koedijk Jan Nannisz en Jan Theeusz [kleinzoons van Jasper Nannisz], meelmolenaars, de meelmolen aan Jan Cornelisz. Tijdens een langdurig proces tussen de koper en de verkopers, vanwege het feit dat de koper niet de hele koopsom wilde betalen omdat een servituut [=erfdienstbaarheid] op de molen zou berusten dat bij de verkoop niet vermeld was, verklaarden de verkopers dat hun de molen was aangeërfd van hun ouders en voorouders als een vrije molen, en dat de koper zal moeten bewijzen dat het beweerde servituut „tot haer ouders en haer bestevaders laste” gekomen zou zijn. Mogelijk is Jasper Nannisz in 1793 om het leven gebracht door de Spaanse belegeraars van Alkmaar: op 1 oktober 1573 had men vanuit Alkmaar 'gedaanten van mensen' zien hangen aan de drie hekken van de meelmolen te Koedijk. Zie ook wat de heer J.P. Geus schrijft in hoofdstuk 1,7 onder „DE EERSTE EIGEN MOLEN”, van zijn boek over Koedijk en Huiswaard. [12] | ||||||||||||||||||||||||
Levensloop: | |||||||||||||||||||||||||
Vorige en volgende generaties: | |||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||
Afstammingslijn: | |||||||||||||||||||||||||
Jasper Nannisz is vader van 7122 - Nanne Jaspersz, vader van 3561 - Trijn Nanninghs, moeder van 1780 - Paulus Meijndertsz, vader van 890 - Gerrit Poulusz Kleijenburgh, vader van 445 - Neeltje Gerrits Kleijenburgh, moeder van 222 - Pieter Ariensz Hartland, vader van 111 - Antje Hartland, moeder van 55 - Anna Bakker, moeder van 27 - Grietje Pesser, moeder van 13 - Elisabeth Mulder, moeder van 6 - Petrus Jacobus Van der Wal, vader van 3 - Elisabeth Henriëtte Van der Wal, moeder van 1 - Yvon Paul Rozijn |
Bronnen: 12
« Toon in overzicht | Home |